wie mag gym geven?

Er is geen eenduidig antwoord op deze vraag, omdat het per school of district kan verschillen. In sommige gevallen geven leraren lichamelijke opvoeding gymles, terwijl in andere gevallen gewone leraren verantwoordelijk zijn voor het onderwijzen van leerlingen over lichaamsbeweging en gezond leven. In weer andere gevallen kan het zijn dat een handvol verschillende mensen om de beurt de gymles geven gedurende de week. Uiteindelijk is het aan elke school of district om te beslissen wie gymles mag geven. Er zijn echter enkele leidende beginselen die beleidsmakers kunnen helpen de juiste persoon voor de baan te kiezen    In de eerste plaats moet degene die gymles geeft iemand zijn die gepassioneerd is over lichaamsbeweging en leerlingen helpen een gezond leven te leiden.

Gymleraren worden doorgaans gecertificeerd door het ministerie van onderwijs van hun staat. Het minimumvereiste is meestal een bachelordiploma in lichamelijke opvoeding, hoewel veel staten een masterdiploma prefereren of vereisen. Er zijn ook niet-onderwijscertificaatprogramma's beschikbaar, maar die zijn niet zo gebruikelijk.

Gymleraren worden meestal gekozen uit de rangen van de leraren lichamelijke opvoeding. Zij zijn gewoonlijk gecertificeerd in zowel lesgeven als coachen. Veel staten eisen ook dat gymleraren gecertificeerd zijn in eerste hulp en reanimatie.

Gymleraren worden doorgaans gecertificeerd door de National Board for Professional Teaching Standards. Ze moeten slagen voor een strenge reeks tests die hun kennis en vaardigheden in het onderwijzen van lichamelijke opvoeding meten. De meeste staten eisen dat gymleraren een specifieke certificering hebben om les te geven in gezondheid en lichamelijke opvoeding op openbare scholen. Sommige staten eisen ook dat gymleraren gecertificeerd zijn in eerste hulp en reanimatie.

Gymleraren worden gecertificeerd door de National Association for Sport and Physical Education. Om deze certificering te behalen, moeten zij een programma op universitair niveau afronden dat cursussen omvat in onderwijsmethoden, theorie over lichamelijke opvoeding, anatomie en fysiologie, gezondheid en voeding, ontwikkeling van K-12 leerlingen, kinderpsychologie, leerlingen met speciale behoeften in de lichamelijke opvoeding, en klassenmanagement. Veel staten eisen ook dat gymleraren een licentie in lichamelijke opvoeding hebben.